Toen – en dat is lang geleden – las ik een boek over een man die priester werd in Parijs. Wat de lezer betreft, die zat in de vlees noch vis leeftijd tussen pakweg negentien en tweeëntwintig jaar. En die priester, dat was niet zo een met een lange zwarte jurk vooraan in een kerk, maar een met sandalen die zijn buren in een armenwijk helpt. Deze buurtwerker maakte een indruk op de lezer, moedigde de adolescent aan om een soortgelijke missie te kiezen in het leven.
Ik ben niet op zijn beroep ingegaan. Op twijfelmomenten heeft de romanpriester in de afgelopen veertig jaar geregeld op de deur van mijn geweten geklopt. Die gaf steevast niet thuis. Had het druk of deed alsof met ‘zo is het leven nu eenmaal’
Niet te kiezen voor een vrouw, kinderen een huis en al dat fijne, warme, gezegende moois, waarvan zoveel mensen genieten, in hun volle besef of onbewust.
Niet de paden te bewandelen waar ouders en andere voorouders hun kruimels gezinsleven, kiezelstenen werkethos en zaden gelovigheid hebben gestrooid.
Niet bang zijn om authentiek te leven, ook al bestempelen velen dat als excentriek.
Niet toegeven aan woede omdat je liefde, zogenaamde zekerheid en comfort mist.
Wel de daad bij het woord voegen als je hele wezen voelt dat het niet goed gaat met de gezondheid van de aarde, en die van de mensen erop wat lichaam, ziel en de manier waarop ze met elkaar omgaan betreft.
Wel in een Zenboeddhisten klooster terecht komen.
Wel verzaken aan de kracht van woorden, die je meester bent, maar waarvan je de keerzijde bewust wordt: niet doorleefd luisteren, alles willen maar niets afmaken, overal te laat komen.
Wel alle dromen die ons hoofd verhitten bewust worden en laten gaan;
wel in dat niet bewegen, in het hier en nu een ongelooflijke vreugde vinden.
Vandaag heeft deze lezer een blog (‘woorden spuien‘) gelezen van een jonge man uit Vlaanderen van rond de dertig jaar.
In de Dordogne leeft hij op die manier, zorgend. Door fruit tot confituur te maken, compost te verwerken en vuil te verslepen, muren te breken, gasten te verwelkomen, soep te maken, nieuwe monniken praktisch te helpen.
En in ‘zazen’, zittend te mediteren.
Moed, durf, jezelf zijn, écht de juiste weg kiezen, die soms moeilijk is maar die authentiek voelt voor jou.
Voor wat het waard is, de ‘would-be’ priester voelt respect voor de ‘will-be’ monnik.
Het ga je goed, waar je ook uitkomt, moge er vrede zijn in en rondom je.
(lees onder)
P.S.: enkele dagen geleden had ik deze blog klaar, maar niet gepubliceerd
Misschien onzin, maar zeker on-Zen 🙂
te weinig uren in een dag
Gezond zijn in de ruimste zin van het woord.
Een vrouw hebben leren kennen die liefde kan geven en nemen.
Een nieuw leven in de familie met alles erop en eraan, klaar om groter te groeien.
Kinderen die aan zichzelf werken omdat ze beseffen dat ze nog lang niet af zijn
Werk dat aangepast is aan een 60+ met een behoorlijk chaotische geest.
Vrede in een straal van 1.500 kilometer.
Onbegrijpelijke, meedogenloos rauwe, onmenselijke oorlog daarbuiten.
Mijn ouders, die de tweede wereldoorlog meegemaakt hebben, leven nog.
Drie dagen werken, af en toe een opdracht in het bijberoep, de geliefden voornoemd… en de bobijn is af.
Om die reden, komen familie en vrienden er maar bekaaid van af want slaag er niet in te bellen of te schrijven. Die liggen er niet van wakker, toch bij deze excuus
Geef een reactie